Protestantse Kerk
Doorgaan naar hoofdinhoud
Vindplaats van geloof, hoop en liefde

Ruth: een vluchteling?

Pijl naar links Ideeën

Wie en hoe zou Ruth zijn als ze in ons tijd leefde? In deze werkvorm verkennen we Ruth, waarna de jongeren het verhaal herschrijven en/of naspelen met elkaar. 

Doel

Deelnemers ontdekken hoe dapper de keuze van Ruth was om al het vertrouwde achter te laten en met haar schoonmoeder mee te gaan. Ze trekken spelenderwijs de vergelijking met mensen vandaag de dag die vluchtelingen helpen met inburgeren en/of eventuele terugkeer.

Nodig

Whiteboard/flapover en stift, kaartjes met eigenschappen (Eigenschappen van Ruth)

Introductie

Check eerst of de deelnemers bekend zijn met het verhaal van Ruth. Is dit niet, of minimaal het geval, lees dan eerst samen haar verhaal. Stel aansluitend de vraag: aan welke eigenschappen denk jij als je aan de Bijbelse Ruth denkt?

  • Inventariseer en schrijf eigenschappen op een bord/ vel.
  • Gebruik evt. de kaartjes met eigenschappen. Tip: Als je deze op post-it blaadjes schrijft, kun je ze makkelijk in twee kolommen sorteren; passend of niet passend bij Ruth.

Speel uit

Jullie gaan het verhaal van Ruth naar onze tijd omzetten en uitspelen (of als tussenstap/alternatief: opschrijven).

Stel je voor:

  1. Je krijgt een relatie met een emigrant/ vluchteling en trouwt met hem (haar). (Ruth 1: 3-4) Denk aan: hoe leer je elkaar kennen? Wat maakte de ander zo aantrekkelijk? Denk je na over de cultuurverschillen? Hoe?
  2. Je partner wordt ziek en overlijdt. Wat doen jullie? Krijg je hulp? Van wie wel/niet? Wat voel, denk en wil jij? En je partner? (Ruth 1: 5)
  3. Je besluit om je schoonmoeder naar het vaderland terug te brengen. Wat zeggen jullie tegen elkaar? Hoe leg je je besluit aan je eigen familie uit? Hoe reageren die? (Ruth 1: 6 - 19a)
  4. Hoe stel je jezelf op in het nieuwe land? Hoe reageren jij en bewoners (buren/ familie van je schoonmoeder/ vreemden op straat) op elkaar? (Ruth 1: 19b – 2:23)
  5. Kies zelf voor een ‘happy’ of ‘open’ of ‘sad’ einde. Lukt het om te integreren? Hoe? Lukt het (nog) niet? Wat helpt of maakt het lastig? (Ruth 3 & 4)

Afhankelijk van de grootte van de groep kun je de verhaalscènes door verschillende groepjes laten vertolken. Stem dan wel even met elkaar enkele basisgegevens af; zoals naar welk land gereisd wordt en/of wat kenmerken van die basiscultuur zijn (Bijvoorbeeld Afrikaans, Midden-Oosten...).

Afsluiten

Speel of lees de scènes voor elkaar.

Bespreek:

  • Is je idee over Ruth veranderd? Kijk nog eens naar de eigenschappen? Welke springen er uit? Mis je eigenschappen? Welke?
  • Welke keuze zou jij maken? Ga je een relatie met een vluchteling aan (al dan niet om te trouwen)?
  • Als familielid of medeburger, hoe stel jij je op tegen vreemdelingen/vluchtelingen?
  • Welke voorbeeld uit het verhaal van Ruth spreekt jou daarin (niet) aan?
  • Vergelijk de gekozen afrondingen van de verhalen met het slot van het verhaal van Ruth; zij deelde haar leven en werd gezegend met een kind dat voor God en mensheid grote betekenis kreeg. Durven we ook zo naar onze keuzes en familielijnen te kijken?

Wil je verder werken met de relatie van Ruth en Boaz? Kijk dan ook bij de werkvorm ‘Oma Ruth’.