Protestantse Kerk
Doorgaan naar hoofdinhoud
Vindplaats van geloof, hoop en liefde

Als predikant of kerkelijk werker in gesprek over voltooid leven: hoe doe je dat?

Ds. Aart Mak begeleidt veel mensen die te maken krijgen met de dood. Wat zijn belangrijke aandachtspunten voor predikanten en kerkelijke werkers als het gaat om het thema 'voltooid leven'?

Betekenis voltooid leven

De term ‘voltooid leven’ wordt gebruikt als mensen aangeven ‘levensmoe’ te zijn, zonder dat er sprake is van een onderliggende ziekte. Als er geen medische oorzaak is voor hun lijden, mogen deze mensen geen euthanasie krijgen volgens de wet. 

Betrokkenheid predikant

  1. Alles begint ermee dat je laat weten waar je als predikant of kerkelijk werker (verder: pastor) in dit veld staat. Dat doe je door er een keer een avond over te beleggen, er een artikel aan te wijden in je kerkblad, op je website of op je FB-pagina het onderwerp aan te kaarten en het ook niet te schuwen in je preken, publieke en persoonlijke gebeden in liturgische bijeenkomsten en bij huisbezoeken. 
  2. Dit is een thema dat de publieke ruimte verdient. Binnen de gemeente kan er over gesproken worden, zelfs op een intieme wijze. Maar elk gemeentelid dat hiermee te maken krijgt, is ook verbonden met kinderen, vrienden en collega’s die ‘niet van de kerk’ zijn. De kerk bevindt zich niet op een eiland. Laat de mensen van de wijk of het dorp waar je kerkelijke gemeente zich bevindt, weten dat zulke thema’s bespreekbaar zijn. Betrek buurtgenoten en anderen bij het gesprek en de meningsvorming over zulke maatschappelijke thema’s. Zie bijvoorbeeld wat in woord&weg van februari 2018 stond over de gemeente in en rond de Joriskerk in Amersfoort.
  3. Waar het om gaat is dat mensen weten waar jij als pastor (voor) staat. Ik noem dit zo uitdrukkelijk omdat het terrein van euthanasie en voltooid leven complex is, emoties oproept, basale morele gedachten wakker maakt, raakt aan wat mensen als fundamenteel zien en een pastor in deze tijd gemakkelijk een aantal (voor)oordelen opgeplakt krijgt.
  4. Laat weten dat mensen hierover met jou als pastor het gesprek mogen aangaan, zowel het persoonlijke gesprek als het gesprek met anderen waar de kerkelijke gemeente dus de gelegenheid voor schept.
  5. Dit allemaal in de veronderstelling dat een pastor hier een eigen mening over heeft maar ook pastor is. Of je nu in algemene zin voor of tegen bent of dat je meent dat vragen van leven en dood alleen per situatie en per persoon beantwoord kunnen worden, het gaat erom dat jij als pastor bereid bent hierover een evenwichtig, open en respectvol gevoerd gesprek te openen. Als je dat voor jezelf helder hebt en daarover ook met je mede-ambtsdragers hebt gesproken, schuw dan niet enige bekendheid hieraan te geven, er nogmaals van uitgaande dat de kerkelijke gemeente niet een geïsoleerde groep binnen de samenleving is en dat dit thema ook in jouw kring een aantal mensen hoog zit.
  6. Het is vruchtbaar om contact met huisartsen en eventuele anderen in de gezondheidszorg op te nemen of te onderhouden, juist ook over deze zaken van leven en dood. Stimuleer, voor zover dat nog nodig is, dat zaken van ziekte en sterven, thuiszorg en wat daarbij nodig is, in teams van zorgverleners worden besproken waar jij als pastor ook een rol in hebt. Juist als het om terminaal zieke mensen gaat bij wie het naderende levenseinde vragen en onzekerheid oproept, kan een pastor met zijn pastoraal/psychologische bagage en ervaring van grote waarde zijn. Vraag een keer spreektijd aan in zo’n reguliere bijeenkomst van zorgverleners voor jouw specifieke invalshoek. Dan gaat het dus over de levensvragen, de existentiële leegte, het menselijk tekort, de aandacht voor de mens en niet de ziekte etc. etc.

 

 

 

Rol als pastor


Dan nu nader over jouw rol als pastor bij actieve levensbeëindiging of voltooid leven. Wat doe je bijvoorbeeld wanneer op jou als pastor een beroep wordt gedaan door iemand die niet meer langer wil leven?

  1. Maak kennis (voor zover nodig) en verzamel zoveel mogelijk informatie op jouw manier. Dan gaat het niet alleen om de ziektegeschiedenis, maar ook om de gemeenschap waarin iemand is ingebed, over belangrijke mensen in zijn leven en over het opsporen van thema’s en motieven die hem tot hiertoe hebben geleid.
  2. Vergewis je ervan hoe ver iemand in de gedachte aan actieve levensbeëindiging is. Belangrijk is voor de pastor te weten hoe het contact met de huisarts is. Minstens zo belangrijk is te achterhalen hoe het contact met andere leden in gezin of familie hierover is.
  3. Dan is het zaak ook eerlijk te zijn over jezelf, over waar jij staat en hoeveel ruimte jij hebt om mee te bewegen met de ander. Als dat over en weer helder is, sluit je als het ware een contract. Waar kan de ander op rekenen bij jou als pastor? Wat vraag jij als pastor van de ander? Zie het ook als een traject waar de balans van dit specifieke leven wordt opgemaakt en de vragen bij sterven en dood aan de orde moeten komen. Dat is wat je als pastor vraagt, minimaal.
  4. Niet onbelangrijk in je contact als pastor is het nagaan wat de oorzaak is van de doodswens. Communiceer met degene die het aangaat en zijn gezinsleden of het in jouw ogen ook spoort met wat in de wetgeving aangemerkt wordt als ondraaglijk en uitzichtloos lijden. Eerlijkheid en de blijvende bereidheid om het echte gesprek aan te gaan zijn nu van de grootste waarde in je uitstraling als pastor.
  5. Het kan ook nog gecompliceerder zijn. Iemand is nog goed, maar heeft als diagnose dat de dementie naderende is. Of iemand heeft een lange en treurige psychische geschiedenis achter de rug en wil niet voor de zoveelste keer opgenomen worden. Of iemand heeft zijn grote liefde verloren, raakt in een situatie van volkomen afhankelijkheid en heeft geen enkele smaak meer voor het leven. Alles kan, alles komt voor. Mensen zijn mensen; als iets kan, doemt ook op zeker moment de vraag op waarom het niet zou mogen.
  6. Wat de pastor doet, is een relatie opbouwen met degene die wil sterven. Dat geldt ook overigens voor de huisarts met zijn patiënt. Een relatie waarin u als een huisvriend op afstand, een vertrouwde maar ook objectieve raadsman of raadsvrouw, met die ander de onbekende wegen bewandelt.
  7. Betrek er vanaf het begin ook de verwanten bij. Pendel heen en weer tussen gesprekken met de betrokkene alleen en met hem, samen met de mensen om hem heen.
  8. Pastoraal gezien is uw houding er een van vragen stellen. Geen vragen om nieuwsgierigheid te bevredigen maar vragen om iemand te helpen af te dalen in zijn ziel. Achter elk antwoord komt weer een vraag tevoorschijn, tot het helder wordt, in een wankele zekerheid en gedragen door de liefde van de naaste mensen.
  9. Meestal komt iemand zelf met vragen en twijfels over de zin van het leven en aarzelingen over alle nuances tussen de natuurlijke en zelfgekozen dood. Opvallend vaak doemt een streng godsbeeld op waarin afwijzing van elk ingrijpen vooropstaat. Zo’n beeld komt ergens vandaan. Opvoeding, oordelen, angsten. En vooral ook uit het niet weten wat er na de dood zal zijn: een afrekening of een thuiskomen? Dit zijn de vragen en twijfels waarop de pastor alert moet zijn.
  10. Als het over de dood gaat, helpt het om als pastor te wijzen op het weinige dat hierover in de Schriften staat. Dat kan op zich al troostend zijn. Dus bied je ruimte om eigen gedachten, van de ander en van jezelf, aan de orde te laten komen. Dat kunnen beelden over de hemel zijn, maar ook grote begrippen als zonde en genade, oordeel en vergeving, behouden worden en boete doen. Ook hierin sluit je als pastor aan bij de denk- en geloofswereld van de ander, maar verhul je niet je eigen gedachten.
  11. Mensen hebben behoefte aan eerlijkheid. Wees dus als pastor eerlijk, juist ook in geloofszaken. Bij de naderende dood is er meer dan je denkt, meer behoefte aan een antwoord dan aan het Woord, meer aan reflectie dan aan de bron. Die bron komt vanzelf wel, dat donkere dal, de herder, het gekend zijn en de tranen die uit de ogen worden gewist.
  12. Als je durft, kun je de behoefte van iemand om dood te gaan testen. In een zich ontwikkelend gesprek kun je de tijdelijke rol spelen van degene die het niet begrijpt en zo de ander dwingt zich nog vasthoudender en meer weloverwogen uit te spreken.
  13. Als pastor vertegenwoordig je een traditie waarin de mens een kostbaar en geliefd wezen is en waarin ook nog eens klinkt dat dit waar blijft, ook al vindt de mens zelf van niet. Dat bepaalt m.i. de toon waar jij voor staat en in welke ruimte jij een helper en tegenover van die ander kunt zijn.
  14. Het komt vaak voor dat begrippen en termen als barmhartigheid, liefde, autonomie, gehoorzaamheid aan traditie, overgave en strijd een rol spelen. Zoek hierin ethisch en gelovig je eigen positie, in een openheid die de ander aanmoedigt diezelfde diepgang te vinden.
  15. Als het besluit is gevallen, na diepgaand beraad en in goed overleg, is het van belang bij die ander te blijven. Bied aan, als dan tenslotte de levensbeëindiging gaat plaatsvinden, dat je daarbij wilt zijn. Een pastor heeft een rol. Aan degene die gaat sterven kun je nog een zegen meegeven, een gedicht lezen of een klein ritueel uitvoeren. Daarmee help je ook de andere aanwezigen. Tijdens en na het sterven ben jij er voor de nabestaanden. Zij geven wel aan of en hoe ze je nodig hebben.
  16. Daarnaast kun je ook van betekenis zijn voor de arts(en). In een goede verstandhouding tussen pastor en huisarts weet de arts dat hij zich kan richten op de handeling die niet alleen concentratie vraagt maar ook emotioneel ingrijpend is. Een arts heeft doorgaans een band opgebouwd met zijn patiënt van wie hij nu ook afscheid moet nemen. Jij als pastor bent er ook voor hem, indien nodig, op z’n minst door hem in zijn handelen te steunen. Een kort gesprek na afloop heeft zin. Voor bijna alle huisartsen is dit geen dagelijkse routine.
  17. Met de nabestaanden is het zaak af te wegen of de actieve levensbeëindiging wel of niet genoemd moet worden bij de uitvaart.
  18. Doe net als de meeste huisartsen. Houd de rest van die dag vrij. Actieve levensbeëindiging bijwonen is ingrijpend.
  19. Ten slotte: het is, als je deel uitmaakt van een kerkelijke gemeenten en als ambtsdrager lid bent van een kerkenraad, van het grootste belang dat je over jouw rol en ruimte als pastor duidelijk bent. Je moet je hierin gesteund weten. Nooit mag achteraf jouw rol hierbij inzet worden van een heftige discussie tussen voor- en tegenstanders in jouw gemeente.

Ds. Aart Mak is voorganger bij stichting Kerk zonder Grenzen en oprichter van MomenTaal, waar hij mensen begeleidt bij emotionele levensmomenten.

Meer informatie

Was deze informatie zinvol?
We hebben je feedback ontvangen, dankuwel!

Om deze pagina verder te verbeteren zijn wij benieuwd waarom u deze pagina wel of niet zinvol vond. U kunt ons helpen door de onderstaande vragen in te vullen.

Mogen we je contactgegevens voor eventuele verdere vragen? (niet verplicht)