De arbeidsvoorwaarden die in deze gids zijn beschreven, zijn volgens overgangsbepaling 115 bij de kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland in werking getreden op 1 januari 2005. Zij kwamen daarmee in de plaats van de arbeidsvoorwaarden die tot en met het jaar 2004 golden voor de predikanten in de Nederlandse Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken in Nederland en de Evangelisch-Lutherse Kerk in het Koninkrijk der Nederlanden.
Het zonder meer toepassen van de nieuwe arbeidsvoorwaarden op 1 januari 2005 zou voor individuele predikanten en gemeenten tot ongewenst grote nadelen of voordelen kunnen leiden. Daarom is destijds besloten een aantal maatregelen te treffen voor een goede overgang van de oude regelingen naar de nieuwe regelingen. Het gaat daarbij om de volgende overgangsmaatregelen:
- de algemene en bijzondere overgangsbepalingen, die getroffen zijn bij in invoering van de kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland op 1 mei 2004;
- de overgangsmaatregel met betrekking tot de inschaling van predikanten vanuit de oude kerkeigen traktementsschalen in de nieuwe PKN-schaal (netto – netto gelijk, suppletieregeling);
- overige overgangsmaatregelen met betrekking tot de primaire arbeidsvoorwaarden;
- overgangsmaatregelen met betrekking tot de secundaire arbeidsvoorwaarden;
- overgangsmaatregelen met betrekking tot vacaturegelden, hulpdiensten en vicarissen;
- overgangsmaatregelen met betrekking tot wachtgelden, ziektegelden en uitkeringen ter aanvulling op de arbeidsongeschiktheidsuitkering;
- overgangsmaatregel met betrekking tot overbruggingsuitkeringen;
- overgangsmaatregelen met betrekking tot de overdracht van pensioenrechten aan het Pensioenfonds Predikanten van de PKN;
- een bijzondere overgangsmaatregel, waardoor predikanten die op 1 januari 2005 51 jaar of ouder zijn onder bijzondere voorwaarden op 63½-jarige leeftijd vervroegd met pensioen kunnen;
- bijzondere overgangsmaatregelen, indien de kapitaaldekkingsgraad van een kerkeigen pensioenfonds op de datum van fusie van de pensioenfondsen onder of boven de afgesproken norm ligt;
- een overgangsmaatregel bij de heffing van het aandeel voor de centrale kas voor de predikantstraktementen, waardoor gemeenten in stappen van € 1.000 per fulltime predikant per jaar kan groeien van het niveau van predikantslasten onder de oude kerkeigen regeling naar het kostenniveau onder de nieuwe regeling.
De overgangsbepalingen onder punt 1. staan in de kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland.
De overgangsmaatregelen genoemd onder de punten 2, 6, 7, 8, 9, 10 en 11 zijn aan de betrokkenen en belanghebbenden schriftelijk bekend gemaakt.
De overgangsmaatregelen 2 tot en met 11 zijn hier te downloaden.