Meditatie bij lied 547
Er zijn van die liederen die je alle kinderen zou willen leren zingen. Dit is er zo één: de taal is beeldend, evenals de melodie, als je dat tenminste van een melodie kunt zeggen. Oorspronkelijk bestond dit lied uit zeven strofen, meldt Willem Barnard in het compendium bij de gezangen uit het liedboek voor de kerken. Maar het vierde, het kyrie, waarop oorspronkelijk meteen het gloria van de vijfde strofe volgde, werd een steeds terugkerend refrein. Je zou het lied daarom heel goed in wisselzang kunnen zingen, de zes strofen steeds door allen, waarna alleen de kinderen het Kyrie-refrein ‘roepen’. Ging het van oudsher al niet zo?