Je zou moeten beginnen met het lokaliseren van antisemitisme: waar bevindt het antisemitisme zich? Je kunt de neiging hebben om te zeggen: het zit in de buitenwereld, maar nee, het zit ook in onszelf. Als het in onszelf zit: waar zit dan dan? Je kijkt dus naar binnen en naar buiten.
Als je de hand in eigen boezem steekt, kun je kritisch kijken naar de eigen kerkelijke praktijk. In een oproep van de International Council of Christians and Jews (ICCJ), de Twaalf punten van Berlijn uit 2009 wordt de vinger gelegd bij bijbelse, liturgische en catechetische benaderingen.
Bijbels/theologisch: Welk beeld geef je van Jezus en Paulus? Wat heeft het voor consequenties te beseffen dat Jezus en Paulus Joden zijn, levend in de context van het eerste-eeuwse Jodendom? Door te kijken naar de unieke relatie tussen het jodendom en het christendom kun je alert worden op vervangingstheologie (het christelijk geloof vervangt het jodendom of vervult het op zo’n wijze dat er eigenlijk geen plaats meer is voor het jodendom).
Liturgisch kan dit betekenen dat je de verbindingen tussen de christelijke en de Joodse liturgie laat zien en ervaren. Kijk eens kritisch naar liederen en gebeden. Hoe verborgen anti-Joods zijn deze wellicht? Welke plaats hebben de psalmen? Is er alleen een lezing uit het Nieuwe Testament? Met welke beelden over Joden kom je de kerk uit?
Catechetisch ligt er ook het nodige huiswerk. Wees alert op welk beeld je geeft van Joden en het Jodendom. Hoe spreek je over Farizeeën? In hoeverre worden er tegenstellingen geschapen of juist verbindingen gelegd?