Protestantse Kerk
Doorgaan naar hoofdinhoud
Vindplaats van geloof, hoop en liefde

Hoe smaakt genade?

Pijl naar links Ideeën

Hoe smaakt genade?

“We zijn niet meer zo vertrouwd met de klassieke geloofswoorden”, licht Andreas Wöhle toe. “De woorden zijn weggeraakt, soms ook beschadigd. Ik ben op zoek gegaan naar een aardse, lichamelijke manier om weer vertrouwd te raken met de inhoud van deze begrippen. Dat kan door samen aan tafel te gaan. Het startpunt ligt bij proeven, woorden geven aan smaak. Zo ga je ook geloofswoorden proeven. Heel letterlijk. Hoe smaakt zonde voor jou? Is dat iets heel zuurs, bijtend zelfs, iets wat helemaal niet lekker is? Of is dat juist iets verleidelijk lekkers, iets zoets, tintelend op de tong? En hoe smaakt genade? Het zijn vragen die je niet met het hoofd beantwoordt, maar met je hele lichaam. Daarover gaan we in gesprek. En het mooie is: iedereen is deskundig. Voor de een is een stamppot hemels, voor een ander is dat totaal iets anders.”

Ook dit jaar is er weer een heel gemêleerde groep mensen die meedoet met Cooking Grace. Vanaf 24 jaar en met allerlei achtergronden. Andreas: “Er komen ook zij-instromers, mensen die niet (meer) met de kerk vertrouwd zijn. Het is een leuke boel. Daarbinnen is het serieus, maar het gezellige draagt het. Het gaat natuurlijk ook om ontmoeting, met elkaar, met God. En zo’n positieve waardering voor het lichaam is ook kenmerkend voor lutherse spiritualiteit. Je mag genieten van je lichaam, van lekker eten, van de schepping. Daarmee neem je de menswording van God serieus. Hoe lichamelijker, hoe meer geloof!”

Opzet

Wil je ook een cursus Cooking Grace opzetten? Volg de volgende opzet of maak een eigen variant.

Bijeenkomst 1 
Begin met een verfijnd voorafje met ingrediënten die je niet direct thuis kunt brengen en laat de deelnemers de smaak omschrijven. Maak daarna samen een lijst met geloofswoorden en vraag je af hoe deze woorden smaken. Dus bijvoorbeeld hemel, hoe smaakt dat? En barmhartigheid? Proef tot slot opnieuw een onbekend gerechtje, nu met de vraag: welk woord uit de geloofswoordenlijst past hierbij en waarom?

Bijeenkomst 2
Er zijn weer twee proefmomenten waarin je de begrippen van de eerste bijeenkomst gaat ordenen. Als deelnemers woorden noemden uit de zondagse liturgie, dan kun je daar je volgorde op baseren: bemoediging, schuldbelijdenis, genadeverkondiging, kyrie, gloria, enz. Werden er andere woorden genoemd, dan denk je samen na over een goede volgorde. Begin je bijvoorbeeld met hemel, of eindig je daar juist mee? Maak vervolgens een keuze uit de genoemde geloofswoorden en ga na hoe deze woorden smaken. Welke ingrediënten heb je daarvoor nodig? En hoe ga je die bereiden?

Bijeenkomst 3
Vooraf aan deze slotmaaltijd hebben deelnemers in tweetallen een gerecht voorbereid. Nu gaat iedereen uitgebreid aan tafel. In de vastgestelde volgorde eet je samen de gerechten en ga je in gesprek over de geloofswoorden.

Tips van Andreas

  • Werk als predikant samen met een goede kok. Andreas: “Ik combineer de taken, maar vraag zo nodig een kok met wie je goed afstemt. Kennis over voedsel en smaken is essentieel. Verder zijn er mensen nodig die zorgen dat alles goed loopt.”
  • Houd rekening met deelnemers die vegetarisch of veganistisch eten of een allergie hebben.
  • Zorg voor een goed tijdstip. Bijvoorbeeld aansluitend op de zondagochtendviering. Of op een avond. Neem vooral de tijd. Andreas: "Wij trekken er 2,5 uur voor uit. Voor de slotmaaltijd 3 uur."
  • Zorg voor een mooie sfeer en aankleding. Dus geen formica tafels en tl-verlichting. Andreas: "De eerste twee bijeenkomsten zijn bij ons aan een houten tafel in de keukenruimte. Het is mooi als de slotavond in de kerk kan. Aan een grote tafel die mooi is aangekleed. Met kaarsen en gedimd licht."
  • Houd de kosten laag en maak de groep niet te groot. Bereken de ingrediënten van de eerste twee bijeenkomsten. Andreas: "Wij kwamen op ongeveer 15 euro uit. Voor de gezamenlijke slotmaaltijd neemt iedereen iets mee. Een groep van 15 personen is wel het maximum."
  • Handig voor de slotmaaltijd: houd het bij zes gerechten die je makkelijk mee kunt nemen, waar je niet veel meer aan hoeft te doen en waar je niet te vol van raakt.