Hij is nu bijna 30 jaar dominee. Van harte. In die zin voelt Gert Wijnstok (1967) zich geroepen. Maar zijn manier van geloven en zijn rol als dominee zijn veranderd. “Ik maak werk van mijn rol als speler op het zin-veld, maar ik ben steeds minder uitgesproken in het weten wie of wat God is.”
- predikant in Bathmen-Okkenbroek (0,5 fte) en in Twijzel (Friesland) (0,33 fte)
- opleiding aan de Theologische Universiteit Kampen, permanente educatie Geestelijke begeleiding en Psychodrama
- voelt zich protestants en oecumenisch, en vrijzinnig in de zin van in alle vrijheid en ruimte werk kunnen maken van je geloof
Wat heb je nodig om met vrucht en vreugde te werken?
“Eén keer per week reis ik met bus en trein van Bathmen naar Twijzel. Ik ga er altijd blij heen en kom blij weer terug. Ik heb net wat andere rollen in de twee gemeenten. Ze vullen elkaar goed aan, ze zorgen voor kruisbestuiving. Het op twee plekken werken is voor mij heel goed.”
Hoe zorg je ervoor dat je niet opbrandt?
“In de opleiding geestelijke begeleiding heb ik leren luisteren naar wat in mijn innerlijk leeft. Ik denk dat ik zonder die opleiding geen dominee meer zou zijn geweest. Niet dat ik als mens zou zijn vastgelopen, maar misschien wel in de kerk die ik weleens ervaar als ‘kerkje spelen’, waar de binnenkant, zeker in het vergadercircuit, lang niet altijd wordt aangeraakt. Door de opleiding ben ik mijn eigen weg met de Onuitsprekelijke gaan verstaan. Daardoor kan ik het beter uithouden als mensen weleens dingen roepen.”
Welk onderdeel van je werk doe je het liefst?
“De afwisseling trekt me. Het optrekken met mensen, op individueel niveau en in groepsverband. En de kerkdiensten, ik kruip graag in een verhaal. Vergaderen vind ik iets minder leuk. Ik kan soms de notulen al maken die nog geschreven moeten worden.”
Met wie zou je graag een keer aan tafel zitten?
“Zo’n verlangen heb ik niet, misschien omdat ik al zo vaak met mensen om de tafel zit.”
Hoe zie je de rol van de kerk in de samenleving, en jouw rol daarin?
“De kerk is een speler op het veld van zingeving en speelt daarin haar eigen rol. Dat ik geen dokter, tandarts, fysiotherapeut of psychiater ben, geeft ruimte. Ik kan mijn aandacht richten op wat misschien niet aan het licht komt. Ik kan kijken welke verhalen er leven en die verbinden met de oude verhalen.”
Welk boek, welke film of podcast raad je collega’s aan?
“De boeken van Jonathan Sacks over de eerste bijbelboeken. Als ik hem lees, denk ik altijd: waarom heb ik dat zelf niet eerder gezien? Verder de vertaling van het boek Mystiek, hoe God werkt in de mens van Evelyn Underhill. En het boek Wormmaan van Mariken Heitman. Dat is een mooi, gelaagd verhaal bij actuele discussies. Lezen buiten je theologie is heel belangrijk.”
Is er een bijbeltekst die met je meegaat?
“In de tijd van de opleiding geestelijke begeleiding heb ik veel gedaan met Jakob die worstelt bij de Jabbok. Nu houdt meestal het verhaal dat op het leesrooster staat me bezig. De zeggingskracht daarvan in de actualiteit verrast me telkens weer.”
Wat hoop je voor de toekomst van de kerk?
“Dat heb ik in Twijzel geleerd, waar ik dominee ben in een kleine groep. Daar zeggen ze: ‘Dat kerkgebouw is er al veel langer dan wij en zal ons wel overleven. Wij zorgen goed voor het gebouw, voor elkaar, en voor met wie we samenleven. We gaan niet in het beleidsplan vatten waar we over 10 jaar willen staan.’ Dat geeft zoveel lucht! Ik heb dat meegenomen naar Bathmen-Okkenbroek. Ons beleidsplan daar behelst één A4’tje rond de vraag: ‘Hoe willen we ons in onze plattelandsgemeente verhouden tot met wie we samenwonen?’ We nodigen mensen rond de tafel, daar gebeurt het.”
Lees meer in de serie over het ambt: