Leidinggeven is nodig
We leven in een samenleving die niet zoveel moet hebben van hiërarchie. Er is vaak zelfs een bepaalde allergie tegen leiderschap, ook in de kerk. De tijd dat de dominee je kon vertellen hoe je moest denken en leven is voorbij. Dat soort leiderschap kan echt niet meer. Voorgangers zelf zijn zich daar bewust van. Predikanten en anderen in leidinggevende rollen in de kerk zullen zich daarom niet zo snel als leiders profileren. Maar pas op dat je met het badwater ook niet het kind weggooit. Want leiderschap en leidinggeven zijn wel degelijk nodig, ook in de kerk. Leidinggeven in de kerk zorgt voor samenhang en richting met het oog op de roeping van de gemeente.
Leidinggeven is macht gebruiken
De ambivalentie die mensen hebben ten opzichte van leiderschap en leiders hangt voor een deel samen met het risico van machtsmisbruik dat daarmee gepaard gaat. Leidinggeven houdt inderdaad in dat je macht hebt. Die macht kun je op verschillende manieren inzetten: ten goede, maar ook ten kwade. Het ontkennen dat je als leider macht hebt is een valkuil, zeker voor voorgangers. Het is juist belangrijk dat je je bewust bent van de macht die je hebt en hoe je die wilt gebruiken. Ook ambtelijke dienst, bijvoorbeeld door een kerkenraad, is een vorm van machtsuitoefening. Die kan alleen gezond zijn, wanneer die geworteld is in liefde.
Maar wat als het misgaat?
Zoals hiervoor al verwoord is, kan leidinggeven ook ontsporen. Machtsmisbruik is daarvan een ernstige vorm, maar ook op allerlei andere manieren kan het misgaan in het leidinggeven. Zo kunnen er spanningen ontstaan binnen de kerkenraad, tussen kerkenraad en voorganger of tussen kerkenraad en gemeente. En die spanningen, die vaak beginnen met kleine irritaties, kunnen uitgroeien tot conflicten. Natuurlijk zijn leidinggevenden als eerste zelf verantwoordelijk voor een gezonde omgang met verschillen en geschillen. Maar soms ontstaan er situaties waarbij je er zelf niet meer uitkomt en hulp van buiten nodig is. De kerk heeft daarvoor – vastgelegd in het kerkrecht – verschillende instrumenten en procedures. Zo zijn er regionale en landelijke colleges voor visitatie, bezwaren en geschillen en het opzicht. Ook classispredikanten kunnen in dit soort situaties een adviserende en interveniërende rol spelen. Daarnaast kan de hulp van externe deskundigen op het terrein van mediation, supervisie en coaching ingehuurd worden.
Leidinggeven is dienen
Gezond leiderschap is ook dienend leiderschap. Jezus zelf is het toonbeeld van deze manier van leidinggeven. In Matteüs 20 zegt hij tegen zijn leerlingen: Wie van jullie de belangrijkste wil zijn, moet dienaar van de anderen zijn. Ook in de organisatiekunde is de afgelopen decennia de waarde van dienend leiderschap (her)ontdekt. Zo geeft Inge Nuijten de volgende definitie daarvan:
Een dienend-leider stelt de belangen van anderen op de eerste plaats, heeft de wijsheid om te zien wat nodig is, de capaciteiten om daar iets mee te doen en de moed om daarnaar te handelen.
Deze manier van leidinggeven begint met willen dienen. Vanuit die houding ga je leiden. Bij dat leiden hoort ook onderscheiden (wijsheid om te zien wat nodig is), horen bepaalde competenties (capaciteiten om daar iets mee te doen) en doortastendheid (moed om daarnaar te handelen).
Leidinggeven is ook geestelijk van aard
Leidinggeven in de kerk is ook altijd geestelijk leidinggeven. Wat dat is wordt kernachtig verwoord in ordinantie 4 van de kerkorde:
De ambtelijke vergaderingen, waaraan de leiding in de kerk is toevertrouwd, verrichten hun werk luisterend naar de Heilige Schrift en in onderlinge saamhorigheid.
Dit uitgangspunt zegt kort en krachtig wat geestelijk leidinggeven in essentie is: samen, luisterend naar Gods Woord, je werk doen.
Het begint ermee dat je je laat leiden, door Gods Woord en Geest, vanuit een houding van ontvankelijkheid. Vanuit die houding kun je in het leidinggeven ook onderscheiden. Dat onderscheiden komt onder andere tot uitdrukking in het woord 'saamhorigheid'. Saamhorigheid draagt bij aan eensgezindheid, bijvoorbeeld als er besluiten moeten worden genomen. En eensgezindheid is een teken van de Geest. De voorganger heeft in dat proces van onderscheiden een specifieke rol. Bijvoorbeeld door bij de bespreking van agendapunten in de kerkenraad dit luisteren naar Gods Woord in te brengen en open te houden.
Leidinggeven doe je ook aan jezelf
Leidinggeven in de kerk vraagt ook om leidinggeven aan jezelf: om het cultiveren van je eigen leiderschap en om zorg voor je eigen ziel. Dat heeft een gemeenschappelijke en een persoonlijke dimensie. Wat betreft het eerste is het goed om als kerkenraad af en toe stil te staan bij de manier waarop je leidinggeeft. Is die nog in overeenstemming met wat hiervoor over dienend leiderschap en geestelijk leidinggeven is beschreven? En is er een cultuur waarin je elkaar daarop kunt aanspreken, bijvoorbeeld als er signalen zijn dat veiligheid en grenzen in het geding zijn? Wat betreft de persoonlijke dimensie, het is belangrijk om tijd en ruimte te maken om mentaal en spiritueel fris te blijven. Je leiderschap wordt onder andere gevoed door bijbellezen, meditatie en gebed. Die praktijken zijn karaktervormend.
Leidinggeven is delen
Leiding wordt in de kerk toevertrouwd aan ambtelijke vergaderingen. Op het niveau van de plaatselijke gemeente is dat de kerkenraad, waarin de ambten van predikant, ouderling(-kerkrentmeester) en diaken vertegenwoordigd zijn. Het principe van gedeeld leiderschap is verankerd in de kerkorde. Hiervoor werd ordinantie 4 al aangehaald, waarin wordt gesteld dat ambtelijke vergaderingen hun werk in onderlinge saamhorigheid verrichten. In dezelfde ordinantie staat als verdere uitwerking van gedeeld leiderschap: In alle kerkelijke lichamen worden besluiten steeds na gemeenschappelijk overleg en zo mogelijk met eenparige stemmen genomen.
Bij gedeeld leiderschap verschuift de aandacht van de persoon van de leider naar het proces van leidinggeven en naar de dynamiek tussen leiders en volgers waar de onder het kopje 'Wat is leidinggeven?' genoemde definitie van Joke van Saane woorden aan geeft.
Leidinggeven is vermenigvuldigen
Een laatste aandachtspunt bij het thema leidinggeven is het vermenigvuldigen van leiderschap. Zeker in de context van de kerk, waarin er sprake is van afnemende bestuurskracht en steeds minder schouders die de lasten van het leidinggeven dragen, is het belangrijk om leiderschap te verduurzamen door het te vermenigvuldigen. Dat kan door mensen - ook nieuwe generaties - aan te moedigen om hun gaven en talenten te ontdekken en in te zetten voor de missie van de kerk. Daarbij is het goed om je te realiseren dat er in de gemeente op meer plekken dan in de kerkenraad leiding wordt gegeven. Denk bijvoorbeeld aan het jeugdwerk, dat een goede oefenplek kan zijn voor de ontwikkeling van nieuw leiderschap. Maar leidinggeven kan ook op heel andere manieren tot uiting komen: een jongere die met een muziekinstrument de gemeentezang begeleid, oefent op dat moment ook een bepaalde vorm van leiding uit.