Na een lang en intensief gesprek over de voorstellen van de werkgroep Beroepsprofielen in het rapport ‘Werkers aan het mozaïek van kerkplekken’ aanvaarde de synode het rapport als een belangrijke tussenstap in het gesprek over het ambt en daarmee als een bijdrage aan toekomstgericht kerk-zijn.
Het aannemen van dit rapport opent een weg voor kerkelijk werkers die - onder bepaalde voorwaarden - ook bevestigd kunnen worden als dienaar des Woords. Daarnaast zal het profiel ‘kerkelijk specialist’ ontwikkeld worden voor kerkelijk werkers die op een of meerdere deelterreinen als jeugd, ouderen, diaconaal en/of missionair werk een roeping hebben.
Mozaïek van kerkplekken
De aanleiding voor deze bezinning op het ambt is het mozaïek van kerkplekken dat binnen de Protestantse Kerk is ontstaan. In een samenleving die seculariseert en diverser wordt proberen lokale gemeenten in allerlei vormen van betekenis te zijn en is er een grote variatie aan pioniersplekken. In de afgelopen tijd is uitgebreid onderzoek gedaan naar de lokale praktijk van deze verschillende kerkplekken en er is een protestantse ambtsvisie ontwikkeld.
Brede beroepsprofielen
De werkgroep Beroepsprofielen heeft vanuit die ambtsvisie én de gegroeide praktijk drie brede beroepsprofielen ontwikkeld, in de hoop dat die profielen lokale gemeenten en kerkplekken de stabiliteit én de ruimte bieden om werkers aan te stellen die aansluiten bij wat er nu en in de toekomst nodig is. Het rapport schetst drie brede beroepsprofielen van voorgangers: de kerkelijk specialist, de pastor en de predikant. De werkgroep beoogde hiermee enerzijds een ordening van de huidige praktijk en anderzijds een beschrijving van profielen die toekomstbestendig en toekomstgericht zijn. Daarom is gekozen voor drie brede profielen die afhankelijk van de context van een kerkplek nader moeten worden ingevuld.
Behoefte aan verduidelijking
De generale synode liet in de discussie merken dat ze behoefte heeft aan verduidelijking van de verschillende profielen. Daarom gaf de synode opdracht om de voorgestelde beroepsprofielen verder uit te werken, met name die van ‘pastor’ en predikant. De synode vindt het belangrijk dat beide varianten in het ambt van Dienaar des Woords dezelfde roeping en werkzaamheden hebben, en dat de functie van predikant beschreven moet worden als uitbreiding en doorgroeimogelijkheid voor de voorganger met hbo-opleiding. Verder hecht de synode belang aan zowel de academische kennis en vaardigheden van de predikant als de bekwaamheid en het zegenrijke dienstwerk van de voorganger met hbo-opleiding als belangrijke instrumenten voor een toekomstgerichte kerk. Tussen de twee varianten mag geen sprake zijn van leiding of gezag ten opzichte van elkaar.
De synode besloot bij de aanstelling van werkers en het kiezen van een beroepsprofiel de classis geen beslissende rol te geven, maar de samenwerking van gemeenten en werkers te benaderen als een waardevolle ontwikkeling. Deze ontwikkeling zal gefaciliteerd worden met kerkordelijke mogelijkheden.
De volgende fase
Hiermee sluit de synode fase twee van het ambtstraject af. In fase drie gaan vier werkgroepen aan de slag om uit te werken wat de drie beroepsprofielen betekenen voor de praktijk. Dat doen zij via de deelterreinen: opleiding, rechtspositie, beroepbaarheid en samenwerking. Tijdens de volgende synodevergadering zullen de verder aangescherpte beroepsprofielen gepresenteerd worden. Over de naamgeving van de ‘pastor’ zal aparte besluitvorming plaatsvinden.
Lees ook: