Predikanten en kerkelijk werkers zetten hun vakbekwaamheid en visie in en hopen dat dat op een zo goed mogelijk manier tot zijn recht komt. De jaargesprekken kunnen daaraan bijdragen, omdat daarin afstemming plaatsvindt tussen de predikant/kerkelijk werke
Waarom jaargesprekken onmisbaar zijn
- Om op koers te blijven met het werk waar je je als professional en kerkenraad samen sterk voor maakt; doen we de goede dingen?
- Om inspirerend, doeltreffend en doelmatig te doen wat we doen; doen we het op een goede manier?
- Om aandacht en waardering te geven aan mensen die zich inzetten voor de plaatselijke gemeente.
- Om snel teleurstelling, afnemende betrokkenheid en minder wordende motivatie te signaleren zodat er tijdig bijgestuurd kan worden.
- Om het gevoel te hebben samen de schouders onder dezelfde klus te zetten met de neuzen dezelfde kant op.
Doen we de goede dingen?
Waar mensen samenwerken, hebben ze een gezamenlijk doel. Samen staan ze ergens voor. Bovendien is de kerk meer dan alleen maar een menselijke vereniging. Bij alle verscheidenheid tussen gemeenten en bij alle verschil in geloofsbeleving gaat het uiteindelijk om openheid naar wat God ons in zijn goedheid wil geven. We komen samen onder de open hemel van Gods liefde. Die liefde is de hartslag van het leven. Dit geloof motiveert mensen om hun tijd, talenten en energie aan de opbouw van de gemeente te besteden. Bijvoorbeeld aan een inspirerende kerkdienst of een diaconaal project. Zij verwachten daarbij een goede samenwerking. Wanneer dat niet het geval is, is de teleurstelling des te groter. Slaagt de samenwerking, dan motiveert dat alle betrokkenen.
Alle reden dus om op gezette tijden met elkaar af te stemmen en te evalueren – letterlijk op waarde te schatten, te taxeren, of we goed bezig zijn. “Goed” zowel in de betekenis van “zijn we met de goede dingen bezig?” als “doen we het op een goede manier?” Jaargesprekken met een predikant of kerkelijk werker dragen bij aan die reflectie.
Wat normaal is, is niet vanzelfsprekend
Een hooggestemde motivatie voor het werk kan helaas ook een valkuil worden. En wel op twee manieren. De ene valkuil is om maar geen kritische opmerkingen te maken omdat we “toch aardig willen zijn voor elkaar” of omdat het geen pas zou geven om kritisch naar elkaar te zijn. De andere valkuil is dat er geen waardering wordt geuit voor de inzet van mensen. “Het is toch normaal dat mensen hun werk goed en met toewijding doen?” Maar ook al is iets normaal, daarom is het nog niet vanzelfsprekend. Het mag opgemerkt en benoemd worden. In de kerk vergeten we nog wel eens systematisch en kritisch-opbouwend met elkaar te spreken over wat geweest is en hoe de plannen uiteindelijk zijn gerealiseerd. Of wat er anders gegaan is dan het oorspronkelijke idee was en wat je daar met elkaar van kunt leren. Het is belangrijk dat zo’n gesprek goed verloopt.
De synode heeft bepaald dat er in ieder geval één keer per jaar een gesprek is waarbij teruggeblikt kan worden op de afgelopen periode. Het voordeel hiervan is dat noodzakelijke verbeteringen tijdig kunnen worden gesignaleerd. Daardoor kan men voorkomen dat teleurstelling, frustratie en onvrede zich onnodig ophopen en een eigen leven gaan leiden. En positief gesteld: een goede afstemming schept ruimte voor de verdere ontwikkeling van ieders bekwaamheid in het werk en vergroot de voldoening in de samenwerking.