Veel ouderlingen, bezoekmedewerkers, kerkelijk werkers en predikanten vinden het moeilijk om het gebed een plaats te geven in een pastoraal gesprek, terwijl het een van de krachtigste communicatiemogelijkheden is met God en met elkaar. Wat houdt mensen (terecht) tegen? Welke mogelijkheden zijn er om gebed gepast en gericht in te zetten?
Het kan enorm heilzaam zijn om onmacht, vragen en verdriet maar ook dankbaarheid samen in gebed onder woorden te brengen.
Waarom zo moeilijk?
Bidden kan soms ‘zwaar’ voelen, omdat je God aanroept. Er komt een Derde in het gesprek, en niet zomaar een. Dat brengt bij mensen een bepaalde schroom teweeg. De ontmoeting krijgt opeens iets ‘heiligs’ omdat je je samen richt op God. Dat kan een bepaalde plechtigheid met zich meebrengen en ongemakkelijk aanvoelen.
Bidden vraagt een bepaalde voorbereiding. Je gaat niet zó maar met elkaar in gebed. Daarvoor moet je elkaar wel een beetje kennen en je moet van elkaar enigszins weten welke rol ‘geloof’ in je leven speelt. Samen bidden vraagt een bepaalde intimiteit. Daar gaat een goed gesprek of een reeks goede gesprekken aan vooraf. Bovendien heeft niet iedereen dezelfde gewoonten wat betreft bidden. De een bidt gemakkelijk en voor alles, de ander denkt er eerst over na of een bepaalde vraag of omstandigheid überhaupt geschikt is om in gebed te brengen. Het is goed om daarover eerst met elkaar van gedachten te wisselen. Welke rol speelt gebed in je leven?
Wat het samen bidden ook lastig kan maken is dat niet iedereen altijd in dezelfde bewoordingen bidt. Dat begint al bij de aanhef. Begin je je gebed met ‘Vader in de hemel’, ‘Goede God’ of ‘Eeuwige’? Hanteer je een bepaalde volgorde? Hoe breng je datgene wat je voor de ander wilt bidden goed onder woorden? Al deze gedachten kunnen je een beetje vleugellam laten voelen. Soms is het moeilijk om je eigen stem te horen bidden. Veel mensen zijn niet gewend om een persoonlijk gebed uit te spreken, laat staan een persoonlijk gebed voor de ander.
Waarom zo krachtig?
Het samen uitspreken van een gebed of het uitspreken van een gebed voor iemand anders kan heel krachtig zijn, omdat gesprekspartners in intimiteit hun diepste gevoelens en vragen woorden geven en die samen voor God brengen. Daarmee wordt een band van intimiteit, vertrouwen en betrokkenheid tussen de gesprekspartners gesmeed. Een gezamenlijk, intiem moment van gebed vergeet je niet snel. Daarin ontmoet je elkaar in de diepste lagen van je beleving. Het belangrijkste aspect van bidden is natuurlijk dat je je gezamenlijk richt op de Derde. Dat je Gods aanwezigheid aanroept en inroept. Dat je je onmacht, je vragen, je verdriet en dankbaarheid toevertrouwt aan God. Dat kan heilzaam zijn en rust brengen.
Soms merk je in een pastoraal gesprek dat je blijft ronddraaien in de vragen waar toch geen antwoord op komt. Of dat mensen steeds naar bepaalde emoties terugkeren die niet persé helpend zijn. Door vragen en gevoelens te benoemen en bij God te brengen kan er rust ontstaan. Ze hebben woorden gekregen, zijn ergens gebracht en kunnen daarmee voorlopig worden afgesloten. Dat kan vrede geven.
Hoe kun je bidden in een pastoraal gesprek?
Allereerst: bidden hóeft niet. Als de sfeer of de vertrouwelijkheid er niet naar is, hoef je niet koste wat kost in gebed te gaan. Je kunt ook een kwetsbare bodem van vertrouwen en intimiteit stuk slaan door ‘out of the blue’ een gebed voor te stellen. Het vraagt zorgvuldigheid en fijngevoeligheid om aan te voelen of gebed überhaupt op zijn plaats is en iets kan toevoegen aan de ontmoeting.
Vraag altijd aan de ander of hij of zij een gebed op prijs stelt. Maak daarvan een open vraag en maak de ander duidelijk dat hij of zij het aanbod ook mag afslaan. Laat merken dat je daar ook alle begrip voor hebt.
Als de ander samen wil bidden, vraag dan waar hij of zij voor wil bidden of danken. Die vraag zet mensen aan het denken over wat ze werkelijk van belang vinden en geeft een prioritering aan in wat op dat moment belangrijk is in hun leven.
Stel ook de vraag of de ander misschien zélf wil bidden. Of dat je na elkaar een gebed uitspreekt. Of dat de één begint en de ander eindigt. Als de ander liever niet zelf bidt, laat dan merken dat je daar alle begrip voor hebt, en dat het voor jou geen enkel probleem is om voor te gaan in gebed.
Houd het eenvoudig. Probeer niet met ingewikkelde, vrome of al te zorgvuldige zinnen te spreken. Vaak helpt het om samen te vatten waar jullie het over hebben gehad en dat voor God te brengen. Soms helpt het ook een bepaalde volgorde aan te houden: danken, bidden, vergeving vragen, afronden. Ook een gezamenlijk gebeden ‘Onze Vader’ kan al heel betekenisvol zijn.
Als je aarzelt of de manier waarop jij gewend bent te bidden aansluit bij de ander, vertel dan dat je gaat bidden zoals jij dat altijd doet. En dat je daarbij wellicht woorden of aanspreekvormen gebruikt die voor de ander niet vanzelfsprekend zijn. Als het in je vermogen ligt is het natuurlijk fijn om zoveel mogelijk in woorden en vormen aan te sluiten bij wat voor de ander vertrouwd is.
Het kan helpen om alvast een begin en een eindzin in je hoofd te hebben, zoals: ‘Goede God, met alles wat wij hier samen hebben gesproken, komen wij tot U’ of ‘God, U hebt alles gehoord.U weet ervan. Ontferm U over ons’. Als je niet gewend bent om hardop te bidden, kan het helpen thuis wat proefgebedjes uit te spreken, en te oefenen met zinnen en vormen.
Maar vertrouw erop….
dat een oprecht, betrokken uitgesproken gebed, waarbij je de ander en God centraal stelt, goed is, ook al is het gebrekkig en haperend geformuleerd.