Tijdens de vergadering van 19 april gingen synodeleden in groepen in gesprek over het thema ‘heil’. Scriba René de Reuver vindt het een prachtig onderwerp om samen te bespreken. “We kunnen hiermee onze visie aanscherpen, zodat die richtinggevend kan zijn voor onze kerk.”
Het gesprek in de synode werd gevoerd op verzoek van de visiegroep van de Protestantse Kerk. Deze groep bestaat uit medewerkers van de dienstenorganisatie en externe gesprekspartners, en maakt deel uit van het beleidskader dat in 2021 door de synode is aangenomen. Het thema ‘heil’ is een van onderwerpen die de visiegroep nader wil uitwerken bij de nadere doordenking van toekomstige beleidsontwikkeling van kerk en dienstenorganisatie. De visiegroep vindt het belangrijk om de stem van de synode hierin mee te nemen.
Heil en onheil
Daarom werden op de eerste synodedag in groepen vragen besproken als ‘Wat zijn uw ervaringen van heil in het dagelijks leven? En welke van onheil? en ‘Hoe hebben deze ervaringen met uw geloof te maken?’ De gesprekken gingen ook over welk heil we als kerk verspreiden en welk onheil we bestrijden. Deze vragen gaan in op de verbinding tussen onze ervaringen van heil en onheil in ons leven enerzijds en het christelijk geloof anderzijds. “Het leggen van deze verbinding is voor velen in onze kerk moeilijk”, vertelt Gert-Jan Roest, lid van de visiegroep. “Het woord ‘heil’ is ouder, maar de visiegroep heeft dit woord gekozen omdat het precies verwijst naar deze verbinding.”
Richtinggevend
Scriba ds. René de Reuver vindt ‘heil’ een prachtig onderwerp om met elkaar over in gesprek te gaan. “Hoe je over ‘heil’ spreekt, heeft alles te maken met de context waarin je bent opgegroeid. Die is voor iedereen anders. We gaan met elkaar spreken over wat ‘heil’ betekent voor onszelf, maar ook voor onze gemeenten, voor de samenleving en voor het publiek spreken van de kerk.” Hij benadrukt dat het gesprek in vertrouwelijkheid en veiligheid plaatsvindt. “Uit de gesprekken kunnen we als visiegroep belangrijke input krijgen om onze visie aan te scherpen, zodat die richtinggevend kan zijn voor onze kerk.”
Lees ook: