Een kerkdienst verloopt volgens een vaste orde: de liturgie. In deze serie komen de verschillende elementen aan bod. Marcel Barnard licht deze toe, drie gemeenten vertellen over hun praktijk. Deze keer: de voorbeden.
Nadat de Schriften zijn gehoord en uitgelegd, en voordat de Maaltijd wordt aangericht, hebben de voorbeden hun plek in de eredienst. De gemeente bidt voor wie ziek zijn, lijden en gebrek hebben, voor wie regeren en leidinggeven, voor onderwijs en rechtsstaat, voor politiek en economie, voor kerk en oecumene, voor wat dan ook.
De diaken (die kent de nood van de wereld het beste) kan hierin de gemeente voorgaan. Als de Maaltijd niet wordt gevierd, bidt de gemeente - sprekend of zingend - het grootste en eenvoudigste van alle gebeden, het Onze Vader.
God laat zich bidden. Abraham bidt, hij onderhandelt met God, vraagt steeds meer, en ondervindt dat God de wereld behoudt omwille van 50, nee 45, nee 40, nee 30, nee 20, nee omwille van 10 rechtvaardigen (Genesis 18:22-33). En Jezus vertelt het verhaal van een onrechtvaardige rechter die zich laat bidden en een steeds maar aanhoudende weduwe uiteindelijk recht verschaft, ‘omdat ze me last bezorgt. Anders vliegt ze me nog aan’. Dan geeft Jezus als commentaar: als een onrechtvaardige rechter zich al laat bidden, ‘zal God dan niet zeker recht verschaffen aan zijn uitverkorenen, die dag en nacht tot Hem roepen?’ (Lucas 18:1-18)
De gemeente legt zichzelf en deze wereld met al haar onrecht en gebreken in de handen van God. Ze erkent zodoende dat God regeert. Zo erkent zij ook dat wij niet alles kunnen, dat niet alles onmiddellijk maakbaar en beschikbaar is. Tegelijkertijd verplicht ze zich met haar smeken, roepen en vragen om zelf recht te doen én om mild en genadig te zijn jegens zondaars en onrechtvaardigen. Christenen weten immers maar al te goed dat zij zelf geen haar beter zijn dan wie dan ook (Lucas 18:9-14). Vanzelfsprekend is dat allemaal niet in deze tijd.
Dienstboek: Schrift, Maaltijd, Gebed, 877-882, 789-804
v.l.n.r: ds. Henriëtte Nieuwenhuis, ds. Johan Antonides en ds. Bert-Jan Mouw
“Mooi dat de hele gemeente meedoet”
“In onze gemeente proberen we in de voorbeden woorden te geven aan de gebeden die opkomen uit de gemeenschap: de gemeenschap van de wereld, van ons land, van onze omgeving en van onze kerk. Zo ligt er op zondagmorgen een voorbedenboek waarin gemeenteleden punten van voorbeden kunnen noteren. De voorganger neemt deze mee. De diakenen sluiten elke maandvergadering af met het verzamelen van voorbeden. Voor wie en voor welke situatie willen we de komende maand bidden in de dienst? Soms zijn dat de dingen die in de vergadering besproken zijn, maar vaak ook wat in de wereld of in onze omgeving gebeurt. Vanaf het nieuwe kerkelijk jaar zullen de diakenen ook participeren in het doen van de voorbeden in de zondagse dienst. Het mooie vind ik altijd dat de hele gemeente meedoet als we de voorbeden eindigen met stil gebed en het gezamenlijke Onze Vader. Een moment van intense verbondenheid met de gemeenschap en God.”
ds. Henriëtte Nieuwenhuis, Protestantse Gemeente ’s-Heerenberg-Zeddam
“We willen niemand overslaan”
“Een verzoek tot voorbede kan worden aangetroffen vóór de dienst op een briefje of in houten voorbedehuisjes in onze beide kerkgebouwen. De dienstdoende ambtsdragers halen deze op om mee te geven aan de voorganger voordat een dienst begint. Als daar, als dat gewenst wordt, namen bij genoemd mogen worden, willen we trouwens niet de indruk wekken dat we anderen zouden vergeten: de zieken, de gestorvenen, de rouwdragenden, de eenzamen, maar ook hen die met zorg naar hen omzien. We willen niemand overslaan, ook niet hen die lijden in deze gebroken, ontspoorde wereld vol geweld, slachtoffers en onvrede. En niet hen die na een feestelijk moment nog duurzaam verder hopen te gaan. God blijft God, en Hij zal er op zijn zelfstandige wijze mee omgaan. Ook als mensen, in zo belangrijke stilte, voorbeden doen in de eredienst en we afsluiten met een gezamenlijk Onze Vader.”
ds. Johan Antonides, Protestantse Gemeente Vroomshoop
“We brengen het hele leven voor God”
“Na de verkondiging nemen we de tijd voor dankgebed en voorbede. Die plek is niet toevallig. Wat we in de verkondiging ontvangen hebben, krijgt reliëf door de voorbede. Het is geen klinisch, theoretisch verhaal, maar het raakt mensenlevens en het wel en wee van de wereld. Verkondiging en voorbede zijn verbonden werelden, van woord en leven samen. De verkondigde genade en hoop geeft reden en vertrouwen voor de voorbede. We benoemen de vreugde en het verdriet van gemeenteleden. Treffend genoeg worden zo nogal eens overlijden en geboorte in één adem genoemd. Zo brengen we het hele leven voor God, met de bede dat Hij het heiligt en ermee doet wat goed is in zijn ogen. In de voorbede vertrouwen we ons leven, de crises in deze wereld en de zorgen die het nieuws bij ons oproepen aan Hem toe. Dat maakt de voorbede prachtig: ernst en ontspanning in één beweging: de ernst van hoe het is, de ontspanning van hoe het zal zijn.”
ds. Bert-Jan Mouw, Hervormde Gemeente Aalburg
Lees meer in de serie 'Orde van dienst':