In veel dorpskerken is het gebruikelijk om tijdens de gedachtenisdienst alle overleden dorpsbewoners te herdenken. Het is een vanzelfsprekend onderdeel van kerk-zijn in het dorp. Herdenkingsvieringen werken drempelverlagend.
Mensen die lang niet in de kerk zijn geweest, zijn vaak verrast door de eigentijdse taal, de kracht van de oude woorden, de muziek, de stilte en de ruimte. Kerkbeelden van lang geleden worden tegengesproken. Mensen voelen zich verbonden door de plaats, het gedeelde verleden en de geest van God.
Herdenken gebeurt in de meeste dorpskerken onder meer door het aansteken van een kaars en het noemen van de naam. In verschillende kerken wordt rond het overlijden een witte steen op een herdenkingsplek in de kerk gelegd. De nabestaanden krijgen kaars en steen mee. Soms brengt de voorganger de steen een jaar na het overlijden bij de nabestaanden. De herdenking van overledenen staat dus niet op zichzelf maar is ingebed in een pastorale en liturgische cyclus.
In plattelandsgemeenten die uit meerdere dorpen bestaan, is de gedachtenisdienst een uitgelezen kans om de band tussen kerk- en dorpsgemeenschap zichtbaar te maken en te bevestigen. Niet alleen opent de kerkgemeenschap de deuren expliciet voor de hele dorpsgemeenschap, er komen mensen van verschillende (niet-)kerkelijke achtergronden bij elkaar. Centraal staat niet zozeer de kerkgemeenschap maar de gemeenschap die rond een dorpskerk woont. Wanneer ook de namen worden genoemd van oud-dorpsbewoners die elders in een verzorgingshuis woonden, worden zij als het ware opnieuw opgenomen in de dorpsgemeenschap die in de kerk is samengekomen.
Twee herdenkingsmomenten
Dat betekent dat goed bijgehouden moet worden welke dorpsbewoners allemaal overlijden. In de Protestantse Gemeente Britsum-Koarnjum-Jelsum houdt in elk dorp iemand in de krant bij welke dorpsbewoners zijn overleden. Uiteraard is dit makkelijker te realiseren in kerken in kleine dorpen waar iedereen elkaar kent dan in een groter dorp of een stadswijk.
In een aantal dorpen is daar een creatieve oplossing voor gevonden. Naast de herdenking van overleden gemeenteleden tijdens de gedachtenisdienst is er een ander moment waarop dorpsbewoners hun overleden dierbaren kunnen herdenken. In de Drentse gemeenten Eelde-Paterwolde en Rolde is dat rond Allerzielen. Het Groningse Marum-Noorddijk heeft op de Gedachteniszondag ‘s ochtends een ingetogen herdenkingsdienst waarop de overleden gemeenteleden worden gedacht en ‘s middags een herdenkingsmoment voor het dorp. Deze twee herdenkingsmomenten zijn iets verschillend van karakter. En waar voor de herdenkingsdienst mensen persoonlijk worden uitgenodigd, moet aan het herdenkingsmoment ‘s middags op een andere manier bekendheid worden gegeven.
Behoefte aan rituelen
Er blijkt grote behoefte - ook onder niet-kerkgangers - aan herdenken, het noemen van namen, stilstaan bij verlies en leven, aan rituelen. Mensen kunnen een kaarsje branden en even gaan zitten. Op begraafplaatsen zijn graven verlicht en kunnen mensen ronddwalen. Er klinkt muziek, er worden gedichten gelezen. Mensen kunnen in de kerk koffie en thee drinken, en kunnen hun verhaal kwijt aan een predikant of aan mensen van het pastoraal team. Het is soms zoeken naar een balans tussen gastvrijheid en ruimte geven. Je wilt mensen welkom heten, maar ook de ruimte geven om binnen te komen. Je wilt aanspreekbaar zijn én afstand houden. Dat vraagt om een samenspel van plaats voor stilte en plaats voor gesprek.
Taal
Zowel bij de gedachtenisdienst als bij een herdenkingsmoment is taal van cruciaal belang. Het gemêleerde publiek maakt dat voorgangers hun woorden met grote zorgvuldigheid kiezen. Taal is bepalend om je herkend en gekend te weten. Hoe laagdrempelig is je taal? Wordt God genoemd? In de gesprekken met nabestaanden proeven voorgangers angst dat het over hel en verdoemenis zal gaan. Mensen kennen uit het verleden herdenkingsdiensten die vooral gingen over het leven na dit leven en niet over het leven dat geleefd is. Het is zoeken waar geloofstaal verbonden kan worden met de leefwereld van de nabestaanden die soms ver van de kerk af staan.
Ruimte
Voorgangers merken dat het veel uitleg en toelichting vraagt om mensen die niet vertrouwd zijn met de kerk mee te nemen in de liturgie. Bijvoorbeeld bij het vermelden dat de naam van de overledene genoemd wordt op de zondag rond het overlijden en tijdens de gedachtenisdienst. Of bij het zingen van een lied als ‘Wat de toekomst brengen moge’ tijdens de dienst. Daarnaast helpt het om als voorganger expliciet te benoemen vanuit welke traditie je komt en met welk perspectief je kijkt en spreekt. Benoemen dat mensen vanuit verschillende tradities zijn samengekomen schept ruimte om samen te kunnen zijn en te herdenken. De predikant van Britsum-Koarnjum-Jelsum vindt het dan ook van groot belang om mensen de zegen mee te geven. Dat maakt de kerk tot een plek waar het verhaal van de dorpsgemeenschap in verband gebracht wordt met God en bijbelse verhalen.
Meer over eeuwigheidszondag:
Foto: Allerzielen Eelde-Paterswolde. Fotograaf is Ietje van Dijken