Hoe meer we leren over diepgaande thema’s met elkaar te spreken, des te relevanter wordt de kerk voor ons leven. Voor het voeren van dit geloofsgesprek zou Maarten Wisse de Bijbel als uitgangspunt willen nemen.
Maarten Wisse, hoogleraar Dogmatiek aan de Protestantse Theologische Universiteit, schreef in opdracht van de synode De Bijbel in het middenVerder lezenBijbel in het midden - het geloofsgesprek te midden van verschillen, een pleidooi voor het voeren van een geloofsgesprek te midden van de verschillen die de kerk kent.
We spreken elkaar per telefoon. De coronacris verhindert een fysieke ontmoeting en zal vooralsnog ook het geloofsgesprek belemmeren.
Wisse: “Afgelopen zondag werd in mijn kerk de tekst uit Deuteronomium 8 gelezen: ‘Houd je aan alle geboden die ik jullie bied, dan zul je blijven leven.’ Als je zo’n zin hoort in deze tijd, dan denk je aan het coronavirus. Alsof de voorganger de RIVM-voorschriften wil bevestigen via Deuteronomium 8. Je zou er een goed geloofsgesprek over kunnen voeren. Wij moderne mensen hebben moeite om zo wettisch te denken als Deuteronomium doet. Maar in sommige situaties kan het onvermijdelijk zijn: anderhalve meter afstand houden, handen wassen, niezen in je elleboog. Daarna gaan we het wel hebben over wat we van de regels vonden.”
Waarom zouden we een geloofsgesprek willen voeren?
“Omdat je daardoor ontdekt wat de diepte, breedte en hoogte zijn van het geheim van Christus. Dat kan alleen samen met ‘alle heiligen’, zoals de Bijbel zegt. Dat zijn je broers en zussen in de gemeente, mensen met wie je verbonden bent en van wie je kunt leren. En dan niet alleen degenen die hetzelfde denken als jij. Ik pleit ervoor om in het geloofsgesprek de Bijbel als uitgangspunt te nemen. Andere bijbellezers helpen jou om in de Bijbel te vinden waar je zelf nooit toe zou komen.”
De Bijbel zorgt ook voor meningsverschillen.
“Dat is nooit anders geweest. De eerste christenen leefden vanuit de ervaring van de opstanding van Christus. Zij vertelden de verhalen daarover op hun eigen manier aan elkaar door. In het Nieuwe Testament leggen de evangelisten hun accenten, Paulus doet dat ook.
Bij al die verscheidenheid is er eenheid in Christus, maar de invulling daarvan verschilt. Er waren gemeenten met vooral Joodse gelovigen, of met vooral heidenen, of met van alles door elkaar. Al die verschillen balanceerden tussen oud en nieuw, traditie en vernieuwing.
Hou de Bijbel in het midden, zodat deze bij niemand op schoot of in handen terechtkomt. Hij wordt niet helemaal van jou. Zo blijft ook Christus in ons midden. Dat creëert bij iedereen het bewustzijn dat zijn of haar opvatting niet per se de opvatting van Christus is. Dat maakt je open om te luisteren naar andere mensen, met andere opvattingen.”
Binnen de Protestantse Kerk zijn identiteitsgemeenten, waarbinnen mensen het doorgaans met elkaar eens zullen zijn.
“Is dat wel zo? Elke gemeente draagt een flinke diversiteit in zich, om te beginnen in dorpskerkenVerder lezenDorpskerkenbeweging. In andere gemeenten kan het zijn dat een bepaalde groep de dominante identiteit gijzelt en daarmee anderen, bewust of onbewust, het spreken verhindert. Ook binnen gemeenten die een duidelijke kleur lijken te hebben is er altijd diversiteit en noodzaak tot gesprek. Het is de kunst dat onder ogen durven te zien. De Bijbel helpt daarbij, als gemeenschappelijk referentiepunt.
Het geloofsgesprek kent twee polen: de veiligheid onder elkaar en de uitdaging van het verschil. Het liefst wil je je diepste zieleroerselen op tafel hebben. Dat kan alleen in wederzijds vertrouwen. Dan kunnen ook grote verschillen ter tafel komen.
Tijdens deze coronacrisis dringt zich de vraag op: hoe zie jij God? Als iemand die niets met het kwaad te maken wil hebben? Of heb je Hem nodig om af en toe eens flink aan zijn mouw te schudden: wat heb jij hiermee te maken, kun je ons misschien een beetje helpen? Hoe meer we leren over deze diepgaande thema’s met elkaar te spreken, des te relevanter de kerk wordt voor ons leven.”
Met welk bijbelgedeelte moeten we niet beginnen?
“Dat zijn er heel veel! Ik zou geen geloofsgesprek organiseren op basis van een namenlijst uit Numeri of gedetailleerde aanwijzingen voor het bouwen van de ark des verbonds. Of bijbelgedeelten waarvan je weet dat daarover de messen al geslepen zijn. Dat kan altijd nog.
Wil je gemakkelijker beginnen, dan adviseer ik het Johannesevangelie. Daarin staan heel diepe verhalen die je uit wel honderd perspectieven kunt bekijken. De betekenislagen stuiteren je recht in het gezicht. Ze doen een diep beroep op menselijkheid en brengen dat in verband met God. Alleen al bij Johannes kun je met een kring maandenlang verblijven, op zoek naar de verschillende manieren waarop je er tegenaan kunt kijken.”
Wat is de rol van de predikant in het geloofsgesprek?
“Je moet als organisator genoeg context creëren om het gesprek goed te laten verlopen, maar niet te veel je eigen opvatting laten overheersen. Als predikant hoor je een veilige situatie te kunnen creëren, waarin ruimte is voor iedereen. Vertrouw erop dat er onder de deelnemers voldoende verschillende inzichten aanwezig zijn om samen dat bijbelgedeelte te laten spreken. Als een predikant te veel programmeert of een eigen uitleg geeft, werkt het model van een geloofsgesprek niet. Als je de diversiteit in beeld wilt krijgen, moet de predikant een stapje terug doen.”
Er is ook nog zoiets als op de grondtekst gebaseerde exegese.
“Bijbelwetenschappers zullen misschien zeggen: als je op deze manier de Bijbel gaat lezen, krijg je allerlei idiote uitkomsten. Wat iemand in een bijbeltekst ziet, hoeft helemaal niet te zijn wat de auteur daarmee bedoeld heeft. Het gaat om teksten van duizenden jaren oud.
De kans dat we de tekst verkeerd interpreteren, is heel groot. Daarom moeten er in de kerk plaatsen blijven waar de professionele lezing van de Bijbel een rol heeft. Maar bij een geloofsgesprek tussen gemeenteleden kan een professionele lezing niet de hoofdrol hebben. Je loopt dan het risico dat deelnemers denken dat je er allemaal hetzelfde in moet zien.”
Zie ook dit idee in de ideeënbank:
Tekst: Kees Posthumus | Foto’s: Sandra Haverman