Protestantse Kerk
Doorgaan naar hoofdinhoud
Vindplaats van geloof, hoop en liefde

“Het gevoel geroepen te worden, kan groeien”

Sommigen vinden het begrip roeping zwaar, anderen ontlenen er juist kracht aan. Roeping heeft ook iets mysterieus en ongrijpbaars. Je kunt op veel verschillende manieren naar het begrip roeping kijken. Een verkenning.

Eerst maar eens kijken - het gaat tenslotte om de kerk - wat de kerkorde over roeping zegt. Die noemt het woord maar liefst 39 keer. Het woord ‘geroepen’ komt 32 keer voor, en dan is er nog het afgeleide woord ‘beroeping’: 7 keer. Kerkorde-specialist Gijs de Jong heeft dat opgeteld. “De kerkorde staat bomvol roeping.” En dan citeert hij in de eerste plaats de roeping van de ‘gewone’ gelovigen:

  1. Zij die de doop ontvangen, worden geroepen tot belijden van Jezus Christus en tot verantwoordelijkheid in de gemeente.
  2. De gemeente, daartoe begenadigd door de Geest, is geroepen tot de dienst aan het Woord van God.
  3. Alle leden van de gemeente zijn geroepen en gerechtigd hun gaven aan te wenden tot vervulling van de opdracht die Christus aan de gemeente geeft.

Alle gemeenteleden zijn dus geroepen, stelt ook Klaas van der Kamp, classispredikant in de classis Overijssel-Flevoland. “Ze zijn allemaal in dienst van het leven en van het Lichaam van Christus, alleen de inhoud van hun dienst verschilt met die van ambtsdragers.” 

Kerkenwerk is een roeping

Zowel Gijs de Jong als Klaas van der Kamp vindt het bekleden van het ambt niet hetzelfde als een beroep of het bestuurslidmaatschap van een vereniging. De Jong: ”De kerkorde is een bijzonder gelovige tekst: steeds klinkt de notie door dat wij niet een vereniging zijn die doelen en taken heeft gedefinieerd. Het gaat om de roeping door God, door Christus. Anderzijds: kerkenraadswerk is ook mensenwerk. Er wordt vergaderd, gestemd, een beroep uitgebracht, er zijn regels. In die zin is de kerkorde ‘gelovig én nuchter’.”

Een beroep - het woord zegt het al - kan wel als een roeping ervaren worden. Klaas van der Kamp: “Het is mogelijk dat een beroep en een roeping samenvallen - als je bijvoorbeeld met bezieling schrijft of zorg verleent. Dat kán een roeping zijn, maar kerkenwerk is, in de aard van het werk, een roeping, want in de kerk krijgt God een naam en wordt het lichaam van Christus tastbaar.”

Roeping in de Bijbel 

Bij roeping in de Bijbel kun je in de eerste plaats denken aan Degene die roept: de Eeuwige. Hij roept de schepping en de mens tot leven. En aan Christus, zelf geroepen. Hij roept de discipelen om het evangelie verder te verspreiden. Hun werk vormt de basis voor de roeping die werkers in de kerk hebben, zoals het rapport Geroepen door Christus Pijl naar beneden verwoordt:

‘Zoals Jezus door de Vader gezonden werd, worden mensen door Hem gezonden. Zij dragen bijzondere verantwoordelijkheid in de wereld en in de kerk om ‘voortgang te geven’ aan het werk van God door de dienst aan het evangelie. Zij worden geroepen door de Opgestane – en mogen zich geroepen weten – zoals de discipelen geroepen werden: ‘“Vrede zij met jullie! Zoals de Vader Mij heeft uitgezonden, zo zend Ik jullie uit.” Na deze woorden blies Hij over hen heen en zij ontvingen de heilige Geest.’ De Levende roept mensen op verschillende manieren voor verschillende zaken, taken of posities. Hij stelt, om met Paulus te spreken, ‘zowel apostelen aan, als profeten, zowel verkondigers van het evangelie als herders en leraren om de heiligen toe te rusten voor het werk in zijn dienst. Zo wordt het lichaam van Christus opgebouwd.’

(Uit: Geroepen door Christus, ambtstheologie voor de Protestantse Kerk in Nederland)

Ondersteuning bij je roeping

Ds. , programmaleider van het team Vitale roeping, is veel bezig met het begrip roeping. Vitale roeping is een nieuw onderdeel van de dienstenorganisatie van de Protestantse Kerk, met als doel predikanten, kerkelijk werkers en pioniers te ondersteunen bij hun taak om met vrucht en vreugde te werken. En die ondersteuning is nodig, zegt De Kok. Vooral jonge predikanten hebben het niet gemakkelijk. Veertig procent van de predikanten en kerkelijk werkers gaat tussen nu en 2030 met emeritaat of pensioen. De instroom van predikanten valt niet samen met het aantal gemeenten dat naar verwachting zou verdwijnen. Veel krimpende gemeenten blijven toch zelfstandig doorgaan en vinden een eigen predikant belangrijk. “Jonge predikanten werken vaak parttime. Zij willen tijd hebben voor hun gezin, terwijl kerkenraden juist meer van hen vragen omdat ze zelf steeds minder draagkracht hebben. Onder jonge predikanten dreigt vaker uitval. Ze voelen zich geroepen door God en de gemeente, maar komen in conflict met zichzelf.” 

Daarom wordt vanuit Vitale roeping onder andere ingezet op werkbegeleiding aan predikanten, zodat ze hun roeping kunnen blijven vervullen. 

Roeping kan groeien

Nog te weinig predikanten maken daar volgens De Kok gebruik van. “Predikanten hebben het gevoel dat ze 24/7 aan moeten staan, terwijl rust en tijd voor bezinning en scholing zo belangrijk is. We willen voorkomen dat jonge predikanten overstappen naar instellingen - dat is wel een trend - en dat de gemeente verweesd achterblijft. Gelukkig zijn er ook veel predikanten wél met vreugde aan het werk.”

Roeping wordt door aankomende predikanten soms ook te groot en te zwaar gemaakt, vindt De Kok. “Dan zeggen ze: ‘Ik weet niet of ik wel voldoende roeping heb.’ Maar als de kerk iets in jou ziet, moet je het er soms gewoon op wagen. Je voelt ervoor, studeert ervoor, je wilt iets betekenen, dus begin er maar mee. In de praktijk blijkt die roeping wel. Het gevoel geroepen te worden, kan groeien. Neem Samuel, die pas na drie keer besefte dat God hem riep.” 

Het tegenovergestelde gebeurt ook: dat iemand zeer overtuigd is van zijn roeping, maar niet geschikt. “Als je gegrepen bent door je roeping, zonder bekwaam te zijn, is dat erg voor alle betrokkenen. Daarom is het goed dat we in de kerk een geschiktheidscommissie hebben, die toetst.” 

Manieren van roeping voelen

Er zijn verschillende manieren waarop iemand zich geroepen kan voelen. De een wil bij het opgroeien al een kerkelijk ambt vervullen, de ander wil dat vanuit een rechtvaardigheidsgevoel, een derde heeft een intense geloofservaring gehad, een vierde heeft de stemmen van anderen nodig om roepingsbesef te doen groeien. Roeping kan niet in een mal gegoten worden. Het is ongrijpbaar, maar het gaat terug op dezelfde bron: de ontmoeting met de Levende door wie iemand diep geraakt is.’ 

(Uit: Geroepen door Christus, Ambtstheologie voor de Protestantse Kerk in Nederland)

Hoe werkt het?

Hoe ‘werkt’ dat, als God je roept? Volgens Florida de Kok ervaar je dan dat je bepaalde gaven hebt gekregen die je wilt inzetten voor de kerk. Het besef: hier moet ik zijn. Ze noemt de interne roeping: de innerlijke ervaring van de stem van God, en de externe roeping: de gemeente die jou roept. “Iemand kan zich ook geroepen voelen tot de zorg of het onderwijs. Of tot fietsen maken. Ik las ergens: ‘Ik ben Janssen, op weg naar het Koninkrijk, en ondertussen repareer ik fietsen.’ Roeping is: je met hart en ziel ergens aan wijden.”

Kun je Gods roepstem horen? Volgens classispredikant Klaas van der Kamp is het mogelijk daarvoor een antenne te ontwikkelen. “Je kunt je oefenen om je te laten aanspreken door God, de heilige Geest. Daarvoor moet je je voor Hem openstellen. Stil durven zijn, de angst loslaten en vertrouwen. Op die manier kun je je roeping ontdekken, erachter komen hoe God je bedoeld heeft. Je niet laten leiden door trends of verwachtingen van anderen, maar geloven dat je een onderdeel bent van een groter geheim. Geluk, zegen, liefde, roeping - je kunt ze niet ‘pakken’, niet meten met natuurwetenschappelijke instrumenten. Ze behoren tot het domein van God en zijn stem. Je roeping ontdekken is luisteren naar de ziel en stilzwijgend verstaan. Dan kun je - soms weet je pas achteraf dat het Gods weg was - daar ‘amen’ op zeggen.”

Roeping vroeger en nu

Zijn kerkmensen in de loop van de decennia anders over roeping gaan denken? Andreas Wöhle,  predikant van de Evangelisch-Lutherse Gemeente Amsterdam en president van de lutherse synode, heeft meegeschreven aan het ambtsrapport Geroepen door Christus. “Tot de jaren 60 van de vorige eeuw was het ambt omgeven door plechtstatigheid en werd het vooral gezien als een door God gegeven verantwoordelijkheid. Daarna kwam er een periode van ‘doe maar normaal’ en moest je het ambt vooral niet te zwaar nemen. In sommige gemeenten wordt het ambt gezien als een klus, een functie die je vervult omdat je het ‘leuk’ vindt. Dan bekijk je het vanuit het perspectief ‘ik neem een ambt’, in plaats van dat je ertoe wordt geroepen. Er is slijtage aan het besef van het heilige. En daarom is er in de Protestantse Kerk behoefte om centraler na te denken over de roeping tot het ambt. Met enerzijds het formele - maar niet met een terneerdrukkende zwaarte - en anderzijds een losheid en een vrijheid, maar niet leidend tot vrijblijvendheid.” 

Kiezen uit de breedte van de gemeente 

Er is nog een andere ontwikkeling in de kerk rond het begrip roeping. In de vorige eeuw was het gebruikelijker dat kerkenraadsleden gekozen werden uit de breedte van de gemeente. In zo'n situatie worden er namen opgegeven van gemeenteleden die geschikt worden geacht, de kerkenraad stelt dubbeltallen en er vinden verkiezingen plaats. Dat gebeurt nog steeds in grote gemeenten met grote kerkenraden. Maar tegenwoordig zijn het steeds vaker de kerkenraadsleden die individuele gemeenteleden benaderen met de vraag of ze kerkenraadswerk willen doen. Er zijn nu eenmaal vaker meer vacatures dan kandidaten, dus verkiezingen hebben dan geen zin. Beide procedures hebben voor- en nadelen. De gemeenschappelijke factor is het persoonlijke gesprek over roeping.

Stilstaan bij je roeping

Sinds kort geeft de dienstenorganisatie korte voor alle typen ambtsdragers in de kerk. Esther Reinders is verantwoordelijk voor deze trainingen. “Daarbij hebben we gekozen om te beginnen bij de basis: mijn roeping.” De training wordt elke maand gegeven en zit met maximaal twaalf ambtsdragers bijna elke keer vol. Het voorziet dus in een behoefte. “Mensen uit de volle breedte van de Protestantse Kerk gaan als eerste aan de slag met het thema roeping. Men inspireert elkaar. En het blijkt dat men roeping vooral ervaart als iets moois en plezierigs. Want anderen hebben jou aangewezen en het werd een zaak van jou en God om die roeping ook te herkennen. Roeping is een fundament onder je werk. Je bent onderdeel van een groter perspectief. Het geeft meerwaarde aan en helpt om te volharden als het moeilijk wordt. Roeping wordt ervaren als een stevige bedding en als een begrip dat het waard is voor het eerst of opnieuw te laden."

De meerwaarde van roeping

Wat is de meerwaarde als je weet dat je geroepen bent? “Dat weet je nooit”, zegt Andreas Wöhle. “Maar je kunt het wel ervaren. En als je aanvaardt dat je geroepen bent, geloof je dat je het ambt niet alleen draagt, maar dat er iets anders meedraagt. Je voelt je daardoor bevestigd en dat maakt je standvastiger dan wanneer het uit jezelf moet komen. Je hebt die rol gekregen en van daaruit kun je met overtuigingskracht spreken. Ik ervaar het zelf als ik preek: dit is mijn opdracht, die heb ik van elders. Vooral pioniers, die bezig zijn met iets groters dan zijzelf, hebben die bevestiging van elders nodig.”

Klaas van der Kamp verbindt roeping zelfs met geluk en identiteit: “Je roeping is de diepste grond van je leven. Als je die verstaat, word je een gelukkiger mens. Het geeft ontspanning: ik ben dienstbaar, Hij gebruikt mij ondanks en dankzij wie ik ben. Dat geeft vertrouwen, je voelt je gedragen.”

Illustratie: Linda Verholt

Was deze informatie zinvol?
We hebben je feedback ontvangen, dankuwel!

Om deze pagina verder te verbeteren zijn wij benieuwd waarom u deze pagina wel of niet zinvol vond. U kunt ons helpen door de onderstaande vragen in te vullen.

Mogen we je contactgegevens voor eventuele verdere vragen? (niet verplicht)